Dorinde van Oort - De eerste steen
Kort verhaal
Dit verhaal verscheen eerder in 'Gaat u vooral met een goed boek naar bed, of in ieder geval met iemand die er een gelezen heeft'.
Acht verhalen over geluk en ongeluk, uitgegeven ter gelegenheid van het eerste lustrum van Uitgeverij Cossee in 2007.
Fragment:
[...]
'Mijnheer Oosterhuis is een van de vele spannende mannen die als held ons huis zijn binnengehaald en er als schoft weer zijn uitgeschopt.
Behalve dat hij de eerste is die wij ons herinneren, is hij zeker ook de meest spectaculaire. Sommige van onze ex-en niet te na gesproken: hij is de enige voormalige huisheld die in de gevangenis is beland.
Mijn vader heeft zijn naam nooit meer over zijn lippen gekregen.
Als het - toen het dorp er nog van gonsde - onvermijdelijk was hem te noemen, zei hij met een vies gezicht ‘die vent’.
Mijn moeder sprak aanvankelijk van ‘het drama’ of ‘het geval’.
Later, toen er meer drama’s te memoreren vielen, werd het voor de duidelijkheid het ‘drama-Oosterhuis’.
Dat is het nog.
‘God, dat drama-Oosterhuis, die onverkwikkelijke geschiedenis,’ zegt mijn moeder, als de vergeelde klassenfoto af en toe nog tussen oude kiekjes opduikt.
‘Wat moet dat toch een schok voor jullie zijn geweest; voor Lieske en jou.
Ik zie die snuitjes nog voor me, toen we het jullie moesten vertellen.’
Mijn moeder trekt haar neus op en haar mondhoeken naar beneden, in een misprijzen dat nooit is verjaard.
Mijn vader zwijgt.
Ontucht.
De schok in het dorp moet enorm zijn geweest.
Het was in het holst van de jaren vijftig.
Ontucht, kindermishandeling, incest; het waren woorden die nauwelijks werden gefluisterd; die begrippen dekten die niemand kon bevatten.
Wij, kinderen, zullen niet de enigen zijn geweest die niet wisten wat je je er precies bij moest voorstellen.
Maar plaats in de gevangenissen was er in die jaren genoeg.
Mijnheer Oosterhuis heeft drie jaar gekregen.
Na tweeëneenhalf jaar is hij vrijgelaten wegens goed gedrag.
Naar het schijnt is hij toen in het stadje D. een lampenzaak begonnen...'
[...]