Bertus Aafjes - De koelte van een pauweveer
Detective
Dit verhaal speelt zich af in het Japan van de 17e eeuw dat door 's Keizers ijzeren maarschalk, de Sjogoen wordt geregeerd.
Het is het derde boek waarin Rechter Ooka een aantal publieke rechtszaken voorzit en uitspraken doet die getuigen van zijn spitsvondigheid.
De Rechter weet op beminnelijke en subtiele wijze diverse vraagstukken op te lossen. Ietwat vergelijkbaar met van Gulik's 'Rechter Tie', maar dan dichterlijker van stijl en doorweven met Aafjes' eigen reisimpressies.
Inhoud:
- Wie begint met een lik uit de rijstpan eindigt met het stelen van de rijst of de zaak van de drie goudstukken
- Men kan de hemel zien door het oog van een naald of de zaak van de venter op het festival
- Wat de ene mens doet overkomt een ander mens of de zaak van het omstreden lamsvel
- Daglicht dringt door een klein gat of de zaak van de keizerlijke erfgenamen
- Wie de generaal wil doodschieten moet eerst zijn paard doodschieten of de zaak van het ondeelbare paard
- Niets is zo zichtbaar als wat men verbergen wil of de zaak van de vele gauwdieven
- Een rijke en een vuilnisvat worden vuiler naarmate zij meer bevatten of de zaak van de bekeerde timmerman
- Als de dag aanbreekt wordt ook de vuurvlieg weer een insekt of de zaak van de vergeetachtige geldschieter
- Bij het rijden leert men het paard kennen, bij het praten de mens of de zaak van de leerjongen op zijn vrije dag