Ludvik Vaculik - Guinese biggetjes

Roman

 

'Guinese biggetjes' van de Tsjechische 'ondergrondse' schrijver Ludvik Vaculik (geboren in 1926) begint als een ironische familie-idylle over een Praagse bankbediende die een paar cavia's voor zijn kinderen aanschaft.

Onder druk van de buitenwereld (de repressieve sfeer van vlak na de brute inval die een abrupt einde maakte aan de Praagse Lente) krijgt het verhaal echter steeds grimmiger trekken.

Op de bank wordt een geheime geldcirculatie ontdekt, kennelijk bedoeld om de staat te ondermijnen, een collega blijkt bankbiljetten en cavia's te 'verzamelen' en de bankbediende zelf laat zich tot een kat-en-muisspel verlokken met de troeteldiertjes van zijn kinderen.

 

Guinese biggetjes was de eerste samizdat*-roman in het officieuze literaire circuit dat sinds 1968-'69 ontstond en waarin Vaculik een centrale rol vervulde.
Als schrijver genoot hij grote bekendheid door zijn poëtisch-politieke roman 'De bijl' (1966) en door zijn ironische columns in Literaire Bladen, totdat deze liberale literaire krant in 1969 werd opgeheven.
In de jaren zeventig schreef hij enkele open brieven, onder meer aan Husak en Waldheim, en voltooide hij zijn chronique scandaleuse over het 'ondergrondse' literaire bedrijf (Tsjechisch dromenboek).

 

  •  'Je krabbelt overeind, want een onbedwingbaar verlangen om door te lezen welt in je op. Een geweldig boek.' - Jan Mulder in de Volkskrant

 

*) Samizdat verwijst naar een clandestien uitgeefsysteem binnen de Sovjet-Unie, gebruikt van de jaren '50 tot midden jaren '80, waar individuen gecensureerde en ondergrondse publicaties met de hand reproduceerden en de documenten van lezer naar lezer doorgaven. Deze basispraktijk om de officiële Sovjet-censuur te omzeilen was een krachtige vorm van burgerprotest en dissidentie.